vrijdag 25 november 2011

November so far


Op maandag 7 november heb ik voor de eerste keer in m’n leven sushi gegeten. Tim en ik gingen naar “Wasabi”, een restaurantje in Manchesters Chinatown. De verschillende ‘dishes’ van het buffet passeerden op een mini-lopende band langs ons tafeltje. Ik vond het heerlijk, maar eten met stokjes was een grote uitdaging. Ik katapulteerde gelukkig nog net mijn eten niet weg, maar tegen het einde van de maaltijd leek het potje met saus (waar je je sushi in moet doppen) eerder op soep, omdat ik mijn sushi uit elkaar liet vallen in dat potje. Na de sushi gingen we op zoek naar ijs, en we kwamen uiteindelijk uit bij Archies. Daar maken ze zalige shakes met ijs. Je kan zelf de ingrediënten kiezen, meestal is dat onder andere een chocoladebar zoals Bounties, maar je kan ook fruit of Maltesers of brownie kiezen. Ik koos voor een shake van aardbeien en Fererro Rocher. Mmmm!

Dinsdag betekende een nieuwe movienight. Onze gasten waren deze keer Dorothea, Selina, naast de Milvertons en Tim. We keken naar de King’s Speech. Vooral Ferdinando vond dit een fantastische film en liet niet na een paar keer te zeggen hoe graag hij ook koning wilde zijn. Zijn favoriete stuk van de film was het moment waarop de kinderen van de koning hem “Your majesty” noemen. “Look, even his kids!”. Sindsdien gaat Ferdinando door het leven als “King Ferdinando” of “His royal highness”. Donderdag gingen Tim, Pascal, Christoph (twee van zijn Duitse vrienden) en ik naar de Christmas lights switch-on op Albert Square.

Van 12 tot 15 november kregen Joy en ik bezoek van twee van onze unief-vrienden: Marie-Aline en Greet. Zaterdagavond, nadat onze gasten zich geïnstalleerd hadden, gingen we met Tim naar een prachtige buurt langs het water, bij Deansgate. We aten er in Duke’s Grill, en daarna wandelden we nog wat rond langs het water en over de brug. Als dessert gingen we een shake drinken in Archie’s. De rest van het weekend werd vooral al shoppend doorgebracht. Zondag gingen we eerst naar Primark en Arndale, om in de namiddag de tram en bus naar het Trafford Centre te nemen, een fantastisch, groot, maar nogal kitscherig shoppingcenter. We hadden er afgesproken met Tim, Ferdinando, Davide, Toon en Mirko. ’s Avonds hielden we een Italian Party ten huize Milverton, om Berlusconi’s ontslag te vieren. King Ferdinando gaf uiteraard een speech, en we aten pizza, kan niet ontbreken op een Italian party! Maandag gaven Joy en ik een korte rondleiding in het city centre aan Marie-Aline en Greet. We gingen onder andere even binnen in de Town Hall en Printworks. De rest van de dag brachten we door in Arndale en Primark. ’s Avonds gingen we eten in Ford Madox Brown met Tim. De volgende ochtend vertrokken onze gasten, na ons een zalig weekend in Vlaams gezelschap bezorgd te hebben, weer richting België.

Die avond stond The Social Network op het programma van onze movienight. De volgende avond bestelden Martina, Ferdinando en ik superlekker Belgische wafels en Ben&Jerry’s Chocolate Fudge Brownie ijs, jum! Op zaterdag 19 november vierden Sara, Jane, Mirko, Ferdinando, Tim en ik de 21ste verjaardag van Mimi, met een lunch in Try Thai, een goed restaurant in Chinatown.  Zondag gingen Tim en ik naar de grote internationale kerstmarkt op Albert Square. Vooral de Duitsers bleken er sterk vertegenwoordigd te zijn, met Glühwein en worsten, maar we vonden er ook een paar mooie kerstcadeautjes voor onze familie. Daarna gingen we in Odeon, de cinema in Printworks, naar “In Time” kijken, een heel coole film! Op onze movienight dinsdag keken Sara, Mimi, Tim, Joy en ik naar “Dennis the menace”, blijkbaar jeugdsentiment voor de meesten van hen, maar ik had er nog nooit van gehoord. Best wel grappig, met een heel schattig kindje in de hoofdrol. Woensdag gingen Tim en ik badmintonnen in het Sugden Centre. Het was zalig om eindelijk nog eens te spelen, veel te lang geleden!

Tussen al die leuke dingen door, ben ik vooral druk essays aan het schrijven. Ondertussen wordt het ook steeds kouder, maar nog altijd redelijk mooi weer als je weet dat we in één van de regenachtigste plaatsen van heel Groot-Brittannië zijn. Het is jammer genoeg wel al koud genoeg om te bevriezen in ons huis, nu onze verwarming sinds gisteren plots kapot is… We hebben Rashied gebeld, en hij heeft beloofd zo snel mogelijk iemand te sturen om het te vermaken. Hopelijk is dat deze keer niet “zeker tegen het einde van de week”, maar echt zo snel mogelijk. We overwegen al om Toons toren van Pisa en Tower bridge te verbranden om het huis toch een beetje te verwarmen.

maandag 7 november 2011

Liverpool, Bath/Stonehenge, Blackpool etc.


Op woensdag 12 oktober zijn Toon, Tim, en ik helemaal naar het centrum gewandeld voor een evenement van het Food Festival. Er was een cocktail competition, maar het wandelen duurde langer dan verwacht (deels omdat we zoveel aan het babbelen waren dat niemand op de weg lette en we plots beseften dat iedereen de anderen aan het volgen was en we zo Albert Square al lang voorbij gelopen waren) en toen we er eindelijk waren, was de competitie zelf al voorbij. We hebben dan maar gewoon iets gedronken in de tent van het evenement, samen met Ferdinando, Selina (een Duitse vriendin van Ferdinando) en een Spaanse vriend van hen, die daar al eerder waren. Vooral Toon heeft zich toen heel goed geamuseerd, met dank aan de bierviltjes (coasters) van Bacardi, ontworpen zodat je ze in elkaar kan schuiven en er constructies mee kan maken. Toen we naar huis gingen, wou hij zijn creatie (een soort dinosaurus) meenemen, maar die was iets te groot, dus besloot hij om ze uit elkaar te halen en thuis te herbouwen. Zijn bouwplan werd iets ambitieuzer toen hij en Tim besloten àlle coasters van alle tafeltjes mee te nemen (en in mijn handtas te proppen) naar huis. De volgende dag stond er plots een schaalmodel van de Tower Bridge ten huize Milverton. Twee dagen later, na een uit de hand gelopen weddenschap met Martina, een toren van Pisa.

Op 15 oktober was Sara jarig en was iedereen uitgenodigd om dat te vieren in een Indisch restaurant op de Curry Mile. Naast Sara, waren onder andere Mimi, Ferdinando, Selina, Mirko, Toon en ik er. Het eten was lekker, maar héél spicy, en de televisie met hilarische videoclips in Bollywood-stijl zorgde voor de gepaste achtergrondmuziek en sfeer. De maaltijd werd afgesloten met een aardbei cheesecake die een van Sara’s vrienden had gebakken.

De volgende dag, zondag 16 oktober, gingen Toon, Joy, Sara, Mimi en ik naar Liverpool met de International Society. Het grootste deel van de dag waren Sara en Mimi wel alleen op pad, omdat zij ’s ochtends besloten hadden het Liverpool stadion te bezoeken, terwijl wij naar het Beatles museum gingen. “The Beatles story” was een privaat museum, vol met originele gitaren en andere “relieken” van de Beatles, maar vooral veel replica’s (zoals van The Cavern Bar, waar ze in hun beginjaren optraden). Een audiogids vertelde je alle interessante weetjes achter de beelden die je te zien kreeg. Het museum bevindt zich, zoals veel andere museums daar, in een omgebouwd pakhuis op Albert Dock, een prachtige plaats langs het water.  De rest van de dag wandelden we door het centrum van Liverpool, dat uit een allegaartje van moderne en klassieke gebouwen bestaat. Door die vreemde combinatie en de “grauwe” sfeer, kan je Liverpool moeilijk een mooie stad in zijn geheel noemen, maar het is wel zo dat je er talloze prachtige plaatsen (zoals Albert Dock) en gebouwen vindt. De twee mooiste gebouwen zijn waarschijnlijk de kathedralen. De Metropolitan Cathedral is een hypermoderne kerk, die niet bijzonder mooi is langs buiten, maar wel fantastisch mooi als je er binnen stapt, vooral door het licht dat door de glasramen komt. De andere kathedraal is enorm groot en op zijn minst gezegd, bijzonder aan de binnenkant. Zo vind je er in de kerk een souvenirshop, een restaurant, een Britse rode telefooncel en verwijzingen naar de Titanic op de bogen (die Titanic-verwijzingen hebben we helaas niet gevonden, ondanks een uitgebreide zoektocht).

Ondertussen was in Manchester het jaarlijkse Literature Festival begonnen. Ik heb samen met Tim vier van de evenementen bezocht. Op 18 oktober gingen we naar het debat over Prize Culture, in het gebouw van de Anthony Burgess foundation. De interessantste conclusie was dat het eigenlijk beter is om een literaire prijs te laten toekennen door één enkel jurylid, in plaats van een panel te vormen. De reden daarvoor is dat alle panelleden heel verschillende meningen hebben over boeken, en dat het boek dat alle leden goed vinden, altijd maar gemiddeld en niet fantastisch zal zijn. Want een speciaal boek zal het ene jurylid haten, terwijl iemand anders het geniaal vindt. Op 19 oktober werden de Blog Awards uitgereikt in het Deaf Institute (misleidende naam, het is eigenlijk een café met luide muziek, dus enige link die er vandaag nog is met “deaf”, is dat je wel eens doof zou kunnen worden als je er te veel komt).  We kregen er een groot aantal mooie, soms grappige, soms ontroerende  kortverhalen te horen. Het beste evenement zagen we op 20 oktober: Superheroes of Slam finals. Bij “Slam” krijgt elke kandidaat exact 3 minuten de tijd om een  zelfgeschreven gedicht zo origineel en enthousiast mogelijk te brengen. Daarna geeft een jury hem punten op zowel performance als inhoud. Het was een heel entertainende avond, met fantastische, soms hilarische gedichten en veel interactie met het publiek. De twee beste slammers namen het uiteindelijk tegen elkaar op in de finale en het was de beste performer die uiteindelijk won (hoewel ik de inhoud van de andere iets beter vond). Achteraf gingen we nog iets drinken in een café dat er langs buiten gezellig uitzag, maar dat allesbehalve bleek te zijn. Het was groot, maar wij waren de enigen daar, en er was geen muziek…

In het weekend van 22 en 23 oktober gingen Joy en ik met de International Society op “overnight trip” (met overnachting in een jeugdherberg) naar Bath. De zaterdag bezochten Joy en ik eerst Pulteney Bridge (door de winkeltjes op de brug een beetje vergelijkbaar met de brug in Firenze). Dan gingen we naar de Art Gallery, liepen we eens rond in de Bath Guild Market, en begonnen we te “queuen” voor de Roman Baths. Het Roman Bath stamt van de Romeinse tijd, en is gevuld met van nature warm water, dat uit een bron enkele meters verder aan de oppervlakte komt. Het bad en de gebouwen er rond zijn heel indrukwekkend. In het bijhorende museum kregen we heel wat achtergrondinformatie te horen, en zagen we delen van gebouwen die na verloop van tijd afgebroken zijn. Daarna wandelden we door de stad, tot aan The Circus (een rondpunt waarrond allemaal dezelfde huizen gebouwd zijn) en The Royal Crescent (een halfcirkelvormig gebouw, bestaande uit opnieuw allemaal dezelfde huizen). Eens het donker was, maakten we opnieuw een wandeling door de hele stad, waardoor we prachtige foto’s konden maken van onder meer de verlichte Pulteney Bridge, Royal Crescent en The Circus. We zagen ook het huis waar Jane Austen enkele jaren heeft gewoond. De volgende ochtend reden we met de bus naar Stonehenge (prachtig!), en in de namiddag hadden we nog wat tijd om de rest van Bath te zien. We spendeerden het meeste van onze tijd in musea. We bezochten het Fashion Museum (met een special over bruidsjurken), dat zich in de Assembly Rooms bevindt, en het Jane Austen Centre. We bezochten ook nog de Pump Room, een prachtige zaal die nu gebruikt wordt als restaurant. Daar dronken we van het spa water, waarvan verondersteld wordt dat het helende krachten heeft, maar dat eigenlijk echt niet lekker is, vooral door de voor drinkwater veel te hoge temperatuur.

Op 27 oktober gingen Tim en ik, met weerwolfmaskers naar het Halloweenfeestje van de International Society. Twee dagen later gingen we in de Odeon cinema (in Printworks, een vroegere drukkerij die omgebouwd is tot een fantastische plaats om uit te gaan, met restaurantjes, clubs en dus ook een cinema) naar Tintin kijken.

Het meeste van onze tijd eind oktober en begin november, spendeerden Joy en ik aan blokken voor onze Class Test van Critical and Cultural Theory en het schrijven van een 3000-word essay voor History of Text Transmission. Maar op 2 november was dat allemaal voorbij (of, in geval van het essay, zo goed als) en konden we gaan ontspannen met Martina, haar neef Juiseppe, Mirko, Toon, Tim, Joy en ik, in een café, met live jazz muziek op de achtergrond.

Op 3 november bezochten we met onze klas van History of Text Transmission de Chetham library in het centrum van de stad. Het is een prachtige eeuwenoude bibliotheek die me heel erg aan de verboden sectie van de bibliotheek van Harry Potter deed denken, onder andere door de hekken voor de rijen boeken. We mochten er eerste drukken van beroemde werken van onder andere Shakespeare en Milverton doorbladeren en kregen er te zien hoe de eerste drukpersen werkten. In de namiddag gingen Joy en ik voor de eerste keer naar Primark, een heel grote en spotgoedkope kledingswinkel. We keerden terug met zakken vol kleren en schoenen. ’s Avonds ging ik met Tim naar ons laatste literature event: de voorstelling van Anthony Horowitz’ Sherlock Holmes boek, in de prachtige Town Hall.

Remember, remember, the fifth of November! Want dan is het Bonfire night of Guy Fawkes night in Engeland. Toon, Tim, Joy, Martina, Mirko, Juiseppe en ik gingen naar Platt Field park om naar het vuurwerk en het eigenlijke bonfire te kijken. Er was enorm veel volk, maar er was heel veel sfeer, onder meer door de “fair”, de kermiskraampjes die er ook waren. Later die avond gingen Toon, Tim en ik nog met Jenny, een vriendin van Toon, naar het OK Café, in een “legaal” kraakpand (blijkbaar is het hier niet verboden om een huis te kraken). Een heel interessante ervaring. We voelden ons zo normaal in vergelijking met de “hippies” (die ons op het hart drukten dat het allemaal over togetherness en share the love gaat) dat wij er de alternatievelingen werden. 

Op 6 november gingen Joy, Tim, Sara, Mimi en ik naar Blackpool met de International Society. Nog een andere, Duitse Sarah en Erin kwamen ook met ons mee en we splitsen ons uiteindelijk in twee groepen op. Tim, Sarah, Erin en ik gingen op de Blackpool Tower, een kleinere replica van de Eiffeltoren. We kregen er een 4D film te zien, wandelden over een glazen vloer, en hadden een prachtig zicht op de stad en de zee vanop de top van de toren.  Na onze lunch, gingen Erin, Tim en ik naar Madame Tussaud’s. Daarna begon de zon onder te gaan en hadden we dus prachtige uitzichten toen we op het strand en de pieren liepen. Tim leefde zich ook nog uit op een cart. Blackpool is een paradijs voor kleine en grote kinderen. Je kan de stad misschien wel het best beschrijven als één groot pretpark. Het heeft een echt theme park (Pleasure Beach), maar ook op elk van de drie pieren staan er talloze attracties en kraampjes. De straat langs het strand heeft bovendien de meeste casino’s van heel Groot-Brittannië. ’s Avonds reden we nog door de Blackpool Illuminations: de hele stad (inclusief het reuzenrad en de toren) wordt tijdens de herfst verlicht met miljoenen lampjes.

dinsdag 11 oktober 2011

Stratford, Lake District, Oxford & Co


Vrijdagavond 30 september gingen Martina, Toon, Tim, Mirko, Cindy en ik naar de Kyoto bar om mee te doen aan de Cocktailcompetitie, georganiseerd door de Manchester Erasmus society. Jammer genoeg konden we niet gewoon met onze groep aan een tafeltje de ultieme cocktail samenstellen, maar was het concept zo uitgewerkt dat je nieuwe mensen zou leren kennen. In de drie minuten die je kreeg om samen met hen achter de bar een cocktail in elkaar te flansen… Nadat ik aan de beurt geweest was, zouden we nog heel lang moeten wachten voor ook de anderen hun cocktail konden maken en het werd al laat, dus besloten we gewoon iets te gaan drinken in het café aan de overkant. Zo heb ik natuurlijk nooit geweten of mijn “Strawberry Surprise” (de ongelooflijk originele naam die de Nederlander van m'n groep aan onze cocktail had gegeven) een prijs had gewonnen.

Zaterdag gingen Joy en ik met de International Society naar Stratford-upon-Avon, de geboorteplaats van Shakespeare. Karee, een Amerikaans meisje dat één les met ons samen heeft, was er ook, en we ontmoetten ook Dorothea, een Duits meisje. We kregen ticketjes voor de Shakespeare Properties. Eerst bezochten we Hall’s Croft, het huis van Doctor Hall, de man van Shakespeare’s dochter. Daarna gingen we naar Nash’s House, waar de man van Shakespeare’s kleindochter woonde. In de tuin van was een archeoloog  de restanten van het huis waar Shakespeare een groot deel van zijn leven woonde aan het opgraven. We begonnen wat te praten met de archeoloog, die Vlaamse roots bleek te hebben, en hij gaf Joy en mij elk een stuk steen van Shakespeare’s huis! Na onze lunch bezochten we nog Shakespeare’s geboortehuis. We kregen er onder andere het lederatelier van Williams vader (een handschoenenmaker) te zien. Het mysterie van de ietwat vreemde Engelse uitdrukking “sleep tight” werd ook opgelost: de matrassen lagen in de tijd van Shakespeare niet op een lattenbodem, maar op touwen gespannen in een houten kader. Na verloop van tijd werden die koorden slapper, en om comfortabel te kunnen slapen, moesten die weer aangespannen worden. Als je iemand “sleep tight” wenst, wens je hem dus een comfortabele slaap toe, op koorden die “tight” gespannen zijn. Finally makes sense! Zaterdag kregen we er trouwens een nieuwe huisgenoot bij: Ferdinando, een heel leuke Italiaan. Het huis is een beetje levendiger geworden, maar is nu ook een beetje meer “in evenwicht”: twee Italianen – drie Belgen, twee jongens – drie meisjes.

De volgende dag gingen we met de International Society naar het zuidelijke deel van het Lake District. In de voormiddag bezochten we Holker Hall, een luxueus huis (bijna kasteel) van een rijke familie, sinds de achttiende eeuw in het bezit van de familie Cavendish. Er werden steeds prestigieuze gasten ontvangen. Onder meer Queen Mary had er een kamer. Ook de tuin en het park rond het gebouw zijn heel mooi. In de namiddag reisden we een korte afstand met de Haverthwaite Railway, tot aan Lakeside. Daar vertrok de boot waarmee een kleine “cruise” deden op het meer. Ondanks de regen (onvermijdelijk in Engeland, helaas) hadden we een prachtig zicht op het Lake District. In Bowness, waar de boot stopte, hadden we nog wat tijd vrij. Joy en ik besloten de World of Beatrix Potter te bezoeken. De figuren en decors uit haar boekjes (zoals Peter Rabbit) waren er prachtig nagebouwd.

Maandagavond gingen Martina, Mirko, Ferdinando, Tim, Cindy, Sara, Mimi en ik naar de tweewekelijkse comedy avond in de Met Bar van de Students Union. Het was iets minder grappig dan de eerste keer, maar de laatste comedian, een Britse versie van Alex Agnew (inclusief de geluidjes en bewegingen) was toch wel goed.

Dinsdag gingen we naar de “Student Giveaway” (kortingen en freebies) in Arndale, gevolgd door onze wekelijkse filmavond. Deze keer stond good ol’ Forrest Gump op het programma.

Woensdagmiddag gingen Joy en ik naar het Palace Theatre om onze studententickets voor Grease op te halen. Studenten krijgen de kans om op de dag zelf te gaan informeren of er nog tickets zijn voor ’s avonds. Als dat zo is, dan krijgen ze de beste beschikbare tickets, standaard voor 21 pond, ook al zouden die eigenlijk veel meer waard zijn. Zo hadden we die avond dus perfecte zetels voor een heel entertainende musical. Toen we Martina die middag vertelden dat we naar Grease gingen, reageerde ze “Whaaat? Reaaallly? When are you leaving?” – “Tonight” – “Whaaaaat!”. We waren even in de war door Martina’s wel heel enthousiaste reactie, tot we beseften dat ze dacht dat we naar Greece vertrokken die avond. Hilarisch!

We maakten met alle Milvertons een schema met wie welke week het huis zou schoonmaken en het afval buitenzetten. Deze week was het mijn beurt. Na een hele donderdagnamiddag poetsen en schrobben en stofzuigen, kon ik ’s avonds ontspannen in een Chinees Restaurant en opnieuw op het reuzenrad, deze keer “by night”, met een fantastisch zicht op de lichtjes van de stad. 

Vrijdagavond waren we van plan naar de Karaoke Night van de Manchester Erasmus society te gaan, maar uiteindelijk besloten we om gewoon een klein karaokefeestje te doen bij ons thuis, met de Milvertons en Mirko. Met hilarische versies van Bohemian Rhapsody en de (poging tot) Italiaanse “Circle of life” tot gevolg.
Zaterdag gingen Joy, Dorothea en ik naar Oxford met de Int Soc. Het was een heel lange busrit (in totaal acht uur in een snikhete bus), en we waren uiteindelijk maar enkele uurtjes in Oxford, net genoeg om een guided tour te doen. Die was gelukkig wel de moeite. We kregen de mooiste universiteitsgebouwen te zien en hoorden hoe de opleidingen en de tradities ongeveer werken. Oxford is een architecturaal prachtige stad met ontelbaar veel klassieke gebouwen. Een mens zou al eens beginnen dromen om ooit in Oxford te studeren…

Wat me verder nog opgevallen is:

Fietsen in Engeland is niet altijd een pretje. Mensen hebben hier heel weinig geduld in het verkeer en chauffeurs gebruiken maar al te graag hun claxon… Bovendien denk ik dat Manchester vanaf nu in een permanente plaatselijke regenbui zit. En onze fietsen hebben geen spatbord… Nu begin ik te begrijpen waarom we hier verdacht weinig fietsers zien.

vrijdag 30 september 2011

Week 2 & 3, "school & leisure"

Op maandag 19 september gingen Joy en ik op het “Wheel of Manchester” (het reuzenrad) in het centrum. Het uitzicht op de stad was er prachtig! Daarna deden we nog wat inkopen in het Arndale shoppingcenter, vooral weer huisraad (we hebben nu eindelijk bijna alles wat we nodig hebben!), voor we naar de “Met bar” van de Students Union gingen voor de “Comedy and Curry” night. Martina (onze roommate), Mirko en Cindy (twee van haar vrienden) waren er toevallig ook en we gingen bij hen aan tafel zitten. De curry, hoewel helemaal niet zo “spicy” als ons programmaboekje beloofde, was lekker en er werden ook goede cocktails geserveerd. Iets na 20u begon dan de stand up comedy zelf. Alle vier de comedians waren goed, de ene nog grappiger dan de andere. Vooral omdat sommigen bijna dialect praatten, begreep ik niet alle grappen, maar wat ik wel begreep was hilarisch.

Omdat we onze “timetable” nog niet konden bekijken (Erasmussers konden zich nog niet inschrijven voor hun aparte vakken), wisten Joy en ik niet zeker of we dinsdag al les hadden. We wisten wel dat de les die we normaal iedere dinsdag hebben, om 10u begint, dus gingen we maar voor de zekerheid iets vroeger naar de unief, om te vragen of en waar die les doorging. In het Student Information Point vertelden ze ons dat er deze week alleen nog maar “induction sessions” waren, maar nog geen lessen. Nu we toch in de unief waren, gingen we ondertussen naar het International Office, omdat onze coördinator Helen Nicholson had gezegd dat we normaal nog een introductiesessie moesten bijwonen die door hen werd georganiseerd. Dat bleek niet het geval te zijn, dus hadden we er weer een nutteloos bezoek op zitten (maar we hadden wel gratis koffie en een snoepje gekregen). Op de Poster Sale iets verder in de straat, kocht ik (bij gebrek aan posters van Manchester) een poster van Londen (met typisch Engelse dingen op die je eigenlijk ook in Manchester vindt, zoals de Post Box, het reuzenrad, een telefooncel en een dubbeldekkerbus).  Daarna gingen we naar de Students Union om fietsen te huren. De tweedehands fietsen die we eigenlijk wilden huren, waren nog niet klaar, dus huurden we voorlopig de duurdere nieuwe fietsen voor twee weken.  Voor het eerst konden we naar huis fietsen! We ontdekten dat links fietsen niet zo moeilijk is als we verwacht hadden, en zelfs makkelijker dan wandelen en te voet de straat oversteken, omdat je als fietser gewoon het verkeer moet volgen. Toen we thuiskwamen, was Rashied bezig onze bureaus in elkaar te zetten. Wij aten ondertussen lasagne voor onze pas geïnstalleerde tv (wat een luxe!). Helaas blijkt nu dat we die luxe wel eens zouden kunnen verliezen. We kregen net een brief van de overheid, die zegt dat we illegaal tv aan het kijken zijn. Blijkbaar heeft Rashied geen “tv license” gekocht, zoals hij beloofd had aan de landlord. Maar hij brengt het wel in orde. Tegen morgen. Of misschien het einde van de week. Of zeker volgende week. Toch absoluut voor we weer naar huis vertrekken (zo gaat het altijd als Rashied iets moet doen en dit is het onderwerp geworden van veel grapjes onder de huisgenoten: “Jaja, ik doe dat wel. Morgen. Of tegen het einde van de week. Enz.”)

Rashied had ons ook beloofd dat hij woensdagochtend langs zou komen om onze keukentafel in elkaar te zetten en ons het contract te laten tekenen. We wachtten de hele voormiddag (en keken ondertussen naar een film), maar uiteindelijk heb ik hem rond de middag moeten bellen om te vragen waar hij bleef. Bleek dat hij het weer te druk had. Maar omdat we in de namiddag op school verwacht werden voor een meeting met Dr. Helen Nicholson en het de volgende dagen ook moeilijk zou lukken om af te spreken, kwam hij iets na 13u toch. We konden eindelijk ons contract tekenen en Rashied had de keukentafel mee, maar hij had geen tijd om die in elkaar te zetten. En aangezien wij geen materiaal (boormachine, schroevendraaiers) hadden om dat zelf te doen, zouden we dus nog een dagje op onze tafel moeten wachten. Geen probleem, ware het niet dat we voor die avond een housewarming party/dinner gepland hadden… We zetten dan maar een oude bureau en de tv-kast in de living als tafel. We waren in totaal met dertien mensen, van heel verschillende nationaliteiten: Toon, Joy en ik (België, of course), Martina en Mirko (Italië), Cindy (Columbia, maar leeft al 8 jaar in Engeland), Sara, Mimi en Jane (Maleisië), Jenny (Engeland), Hanna (Zweden), Tim (Australië) en Andrea (Canada). Iedereen had iets meegebracht (gekookt of gekocht) dat typisch is voor zijn eigen thuisland. Op die manier hadden we een tafel vol heerlijke en dikwijls onbekende gerechten en dranken.

Op donderdag 22 september kwam Rashied onze keukentafel installeren. Hij zette die in de keuken, maar de tafel was zo groot en onze keuken (in verhouding) zo klein dat we nauwelijks nog konden passeren. Iets later hebben we de zetels in de living wat gereorganiseerd en de tafel daar gezet. In de namiddag gingen Joy en ik naar de “Freshers Fair”, een soort grote markt met standjes van alle clubs en societies van de Student Union en van enkele bedrijven/winkels. Er waren gratis pizza’s, snoepjes en “goodies”, maar na nog een tweede keer langs de pizzastand te passeren, gingen we toch maar weg. De clubs en bedrijven wilden ons iets te enthousiast voor hen winnen. We gingen samen met Tim iets drinken in het “Deaf Institute”, een café in een gebouw dat vroeger blijkbaar het Deaf Institute was, en waar de muziek ironisch genoeg nogal luid staat. Daarna gingen we samen met de Student Union naar de cinema (wat uiteindelijk neerkwam op wij+ twee begeleiders, omdat niemand anders was komen opdagen) om naar Tinker Tailor Soldier Spy te kijken, een film die je waarschijnlijk vijf keer moet bekijken voor je hem echt snapt, want niemand van ons begreep het helemaal.

Vrijdag hadden we een “induction session”, die nogal nutteloos was voor ons, vooral omdat er geen rekening werd gehouden met de Erasmussers in de zaal. Er werden enkel dingen verteld die we al wisten, en wat ik wel interessant had kunnen vinden, werd overgeslagen met een “jullie zijn derdejaars, dat weten jullie toch al”. Zaterdag ging ik naar een housewarming, zondag naar “the Big One”, een fuif van de Student Union, als afsluiter van de welkomstweek. Er waren verschillende kleuren T-shirts (als ticket) en iedere kleur volgde een andere route van feestlocaties. Maandag deden we een filmavondje, waar we een wekelijkse gewoonte van willen maken.

Dinsdag startten dan de eigenlijke lessen. In de voormiddag (van 10 tot 13u) hadden we “American writing in the Twentieth Century”, met eerst een uur “lecture”, dan twee uren “seminar” in kleinere groepen. In de namiddag (14 tot 17u) hadden we “Critical and Cultural Theory”. Die eerste lessen waren nog niet zo interessant, maar gelukkig hadden we iets heel leuks om naar uit te kijken: die avond gingen Joy en ik naar de Champions League match Manchester United vs. FC Basel kijken! We hadden ’s ochtends onze boterhammen gemaakt en gingen na school nog snel wat “sneukeling” kopen voor tijdens de match. We zetten onze fiets op Piccadilly Gardens, waar er een enorme groep Baselfans verzameld hadden, allemaal met een truitje dat verdacht goed op dat van Barcelona lijkt, en luid aan het roepen/zingen. Ook aan de tramhalte stond het vol met “diehard” Baselfans. Er was dan ook heel veel politie (“bobbies”) op de been om een oogje in het zeil te houden. Het was heel “gezellig” en warm op de tram (lekker dicht bij elkaar) en ook op weg naar het stadion zelf werden we nog steeds omsingeld door honderden Baselfans en tientallen politiemannen. In het stadion zelf konden we ons met onze rode T-shirts gelukkig wat meer op ons gemak voelen, tussen de ManU fans. We hadden een mooie, maar heel hoge plaats in het stadion, waardoor we wel een fantastisch overzicht hadden over het veld. Manchester scoorde in het midden van de eerste helft twee goals in twee minuten, wat de sfeer tussen de ManU fans natuurlijk zalig maakte. Jammer genoeg werden ze door die goals iets te zeker van hun stuk en speelden ze veel slechter in de tweede helft. Basel  scoorde dan maar liefst drie goals (waarvan ook weer twee in twee minuten). De sfeer onder de ManU fans werd nogal gespannen (wat veel uitroepen als “come on boys!” en bij de tegengoals “fucking shit” rond ons veroorzaakte). Gelukkig kon United nog vlak voor het einde van de match de gelijkmaker scoren, wat onthaald werd op een enorm applaus van de fans. Iedereen was opgelucht en de sfeer werd gelukkig wat meer ontspannen, zodat we ook vlot en rustig weer thuis geraakten.

Woensdag en donderdag waren, voor Engeland, enorm mooie en warme dagen en we probeerden daar dan ook zoveel mogelijk van te genieten. Woensdag gingen we met ons lakentje, muziek en eten/drinken naar het park en speelden er wat gezelschapspelletjes (bij gebrek aan een frisbee of bal). Donderdag deden we een barbecue in onze tuin (aka wildernis/jungle, aangezien er enkel onkruid groeit). De les die we donderdagvoormiddag hadden, "History of Text Transmission", was trouwens tot nu toe veelbelovend, het leek in ieder geval een stuk interessanter dan onze eerste twee vakken. We bestelden dezelfde dag ook al zoveel mogelijk boeken op Amazon voor dit vak en voor American writing. We verwachten binnenkort een pakketje met maar liefst 34 boeken (17 voor Joy en 17 voor mij)! Ik denk dat we ons, met twee boeken per week en vier "3000-word essays" te schrijven, niet gaan vervelen...

Wat me verder nog opgevallen is:

Mensen gebruiken hier vaak "love" als informele aanspreking. In de supermarkt bijvoorbeeld is het heel normaal als de kassierster zegt: "that's 2 pounds, love", "do you want a bag, love?" of "bye love!"

Het is hier blijkbaar de mode om je haar in de vreemdste tinten roze/paars/blauw/groen... te kleuren, soms volledig, soms enkele lokken. Ik denk dat ik maar lekker alternatief zal doen en mijn natuurlijke haarkleur zal behouden...

zondag 18 september 2011

York


Op zaterdag 17 september, Joys verjaardag, gingen Joy, Toon (onze roommate) en ik naar York met de International Society. We stapten rond 8u30 op de bus aan het gebouw van de Society. Iets na 10 kwamen we aan en Toon en Joy benoemden me meteen tot “guide”, wat eigenlijk betekende dat het mijn schuld zou zijn als we verloren liepen. Ik had m’n reisgidsje “100 x Noord-Engeland” mee, inclusief plannetje, en we kregen ook een kort overzicht van de bezienswaardigheden en een stadsplannetje van de Society. Dat, samen met mijn fantastisch gevoel voor oriëntatie, zorgde ervoor dat we gelukkig niet verdwaalden. 

De parking van de bus was vlakbij de Clifford Tower, een soort middeleeuwse toren/fort, dus dat was onze eerste stop. Vanop de toren hadden we een mooi uitzicht op de stad, en ik kon er veel foto’s nemen (iets waar Toon en Joy me voor de rest van de dag mee zouden plagen: “kijk Ans, heb je al een foto genomen van dat bordje daar?”). In de souvenirshop van de toren kochten we postkaartjes en toen Joy al naar buiten was, kochten Toon en ik snel een kroon, om die om 14u15 aan Joy te kunnen geven, want op dat moment werd ze precies 20 jaar (Joy schrijft haar blog gedetailleerd, in de zin van “om 10u15 deden we dit, om 10u30 dat”, dus moesten we ook haar precieze geboortedatum respecteren natuurlijk :p).

Na het bezoek aan de toren aten we middageten in Dickinson’s, een heel gezellig restaurantje. Daarna gingen we naar het National Railway Museum. We zagen er veel mooie oude stoomtreinen, maar waar we (of ik toch) vooral voor gekomen waren, was de Hogwarts Express. Na een lange zoektocht in het museum, bleek de trein gewoon buiten te staan op het spoor, inclusief stinkend zwarte rookpluim. We keerden terug naar het centrum van de stad via de Museum Gardens, wat een prachtige tuin is bij het Yorkshire Museum. Daar kreeg Joy haar kroon, die ze daarna bijna de hele dag heeft gedragen. Iets verder konden we de stadsmuur op. We maakten een mooie wandeling op de stadsmuren, van waarop we vooral de kathedraal “York Minster” heel goed konden bewonderen.

Onze laatste stop was “Bettys”, volgens mijn reisgids de beste tearoom van heel Groot-Brittannië. Er stond een behoorlijk lange rij te wachten op de trap om een plaatsje te vinden in de tearoom boven, maar ons geduld werd beloond. De beroemde “Yorkshire Fat Rascal”, een warm opgediende scone, was heerlijk en ook de “Latte Latino”-koffie was lekker. Helaas was het daarna al tijd om terug te keren naar de bus. We hebben geen tijd gehad om alle museums te bezoeken die aangeraden werden (zoals het Jorvik viking museum, of het Castle museum), maar we zagen wel veel van de stad zelf. En die stad is heel mooi, met een redelijk middeleeuwse uistraling (veel typisch Engelse huizen, kathedraal, stadsmuren, torens…). Een heel leuke uitstap.

’s Avonds, in ons huis, vierden we Joys verjaardag verder. We aten chocoladetaart (inclusief kaarsjes op Joys stuk) en gaven haar een verjaardagskaartje van alle roommates. Ik gaf haar ook het cadeautje dat ik uit België meebracht; een kookboek met Nutella-recepten. We sloten de avond in schoonheid af met Monsters en Co.